Orpheus in de Dessa

Orpheus in de Dessa

Orpheus, de zoon van de Caliope, kan goden, dieren en mensen betoveren met zijn liet en zijn gezang. Als zijn geliefde Eurydice gebeten wordt door een slang en sterft, is Orpheus ontroostbaar. Hij daalt af in de onderwereld om Eurydice terug naar het land der levenden te brengen. Hades, de god van de onderwereld, raakt in de ban van de muziek en ziet de grote liefde van Orpheus. Ze mogen beiden de onderwereld verlaten op voorwaarde dat ze op hun weg terug niet omkijken. Maar je begrijpt het al: Orpheus kijkt om en Eurydice verdwijnt voor eeuwig in de onderwereld.

Tientallen kunstenaars hebben dit romantisch, dramatisch gegeven, gebruikt als basis voor hun werk. Monteverdi en Gluck voor hun opera’s, Cocteau voor zijn film, Offenbach voor zijn operette, Kurt Weil voor een cantate, Frank Boeijen voor een van zijn liederen, Reiner Maria Rilke schreef Sonnetten aan Orpheus en Reinhard Mey zong “Ich möchte wie Orpheus singen”. En ‘Twee Vrouwen’ van Mulisch heeft ook het nodige ontleend aan dit thema. En dit is maar een greep uit een lange lijst.

Boekomslag Orpheus in de Dessa

In 1903 verscheen ‘Orpheus in de dessa’ van Augusta de Wit. Een nog steeds leesbaar, prettig geschreven boek. Willem Bake op Java werkzaam op een suikerplantage, voelt zich alleen en krijgt geen enkel contact met de Indische bevolking. Daar komt verandering in als hij gebiologeerd raakt door het betoverende geluid van het fluitspel van Si-Bengkok. Ik zal de gebeurtenissen niet verklappen, maar de vriendschap die ontstaat, komt tot een noodlottig einde. Tientallen jaren was het verhaal een bestseller binnen de literatuur over het Nederlands kolonialisme. Een van de bewonderaars van het boek was de beeldhouwster Ldi van Mourik Broekman.

Over het leven van Lidi van Mourik Broekman verscheen in het voorjaar van 2024 het boek ‘Geen schaduw zonder licht’ van June Nods. In dat boek een aantal interessante gegevens over het beeld ‘Orpheus in de dessa’ dat Lidi van Mourik indiende bij de tentoonstelling ‘Bloem en beeld’ die in 1941 werd geopend in het Haagse Zuiderpark en dat nog steeds daar te bewonderen valt. Het oorspronkelijke beeld stond een tijdlang bij Lidi thuis maar vroor in de strenge winter stuk waardoor armen, fluit en tenen waren afgebroken. Haar vader kwam toen op het idee het beeld in schokbeton te maken. Schokbeton was nieuw: het mengsel van zand, cement en fijn grind wordt in een mal geschokt, zodat het materiaal ‘verdicht wordt. De mal werd gemaakt bij de Hollandse Beton Maatschappij.

Een ander bekend beeld, zeg maar beeldengroep, ‘Spel en zekerheid’ van Lidi van Mourik Broekman is te bewonderen bij het Stadhoudersplantsoen vlak bij het Kunstmuseum. Een groepje kinderen, ietwat Indisch aandoend, gadegeslagen door een dame. De kinderen zijn een verbeelding van haar eigen kinderen: het meisje Saskia met zonnehoed, het hurkende jongetje Just en de rechtopstaande zoon Maurits. De drie kinderen van Lidi Buma van Mourik Broekman…  dus je komt als kijker wel erg in de verleiding om in de dame die deel uitmaakt van de beeldengroep en bezorgd toekijkt de moeder, de kunstenaar zelf te zien…

 

Piet Vernimmen

Belangstelling wandel- of fietstochten over kunst in Den Haag? Kijk kan ook naar Kunst in de stadBesuyde den HouteKunst rond CatsKunst rond de 'Maria Hoeve'De Stier van Potter. Of stuur een mailtje naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.